‘Bommel niet kennen is een gebrek in je opvoeding.’ Dat was in de zeventiger jaren een van de vaste overtuigingen die ik deelde met nog een stel fans van de verhalen die Marten Toonder schreef over het duo Olivier B. Bommel en Tom Poes.
Evengoed zou je natuurlijk kunnen zeggen: ‘Een MD-11 niet kennen is een gebrek in je opvoeding’ of ‘Eric Clapton niet kennen is een gebrek in je opvoeding.’ Wat O.B. Bommel, een MD-11 en Eric Clapton met elkaar gemeen hebben is dat ze vooral in trek zijn bij het wat oudere publiek. Toch is het de welgestelde beer in zijn geel met rood geruite jas die de minste bekendheid zal genieten onder de jongeren. Dat is jammer want allerlei ontwikkelingen die nog altijd van nu zijn, worden in de Bommelsaga fijn schertsend aan de kaak gesteld. Denk aan zaken als milieuvervuiling, vluchtelingen, populisme, verslaving, geldzaken, wetenschap en bureaucratie.
De boeken over de avonturen van Heer Bommel en Tom Poes zijn nog altijd te koop. Splinternieuw, tweedehands en in diverse uitvoeringen.
Voor een eerste kennismaking met de creaties van Marten Toonder is een bezoek aan het Nederlands Drukkerij Museum in Etten-Leur een aanrader. Ook trouwens voor de trouwe fans van Heer Bommel, Tom Poes en die andere antropomorfe Rommeldammers, waaronder Markies de Canteclaer, ambtenaar eerste klasse Dorknoper, kapitein Wal Rus en drs. Zielknijper.
Eenmaal in het museum kan ervoor worden gekozen meteen door te lopen naar de bovenverdieping om de expositie Een uniek dubbeltalent te bekijken. Toch is het een gemiste kans om geen gebruik te maken van het aanbod voor een rondleiding op de begane grond waar onder andere drukpersen en regelzetmachines staan. Enkele originele zinken clichés uit de tijd waarin de Bommel-strip dagelijks in de krant verscheen, zijn hier te zien. Het is zelfs mogelijk om zelf een afdruk te maken die naar huis mag worden meegenomen.
Na de rondleiding is er gratis thee en koffie. Daarna is er alle tijd voor de aan Marten Toonder gewijde tijdelijke expositie. De naam Een uniek dubbeltalent is terecht gekozen, want Toonder had het in de vingers om zowel goede verhalen te schrijven als geweldig te tekenen. Op grote informatieborden valt van alles te lezen over het leven van de in 2005 overleden Toonder, onder meer over zijn woordvondsten en waarin hij zijn inspiratie vond.
Te zien zijn twee pagina’s uit de Telegraaf van 15 en 21 december 1944. Op de ene pagina de aflevering uit het verhaal Tom Poes en de Chinese Waaier waarin de slimme kat en zijn vriend heer Bommel in een kelder vertoeven die het schurkenduo Bul Super en Hiep Hieper vol water heeft laten lopen. Op de volgende pagina de mededeling dat Tom Poes ziek is. Dat had een reden. Omdat Toonder de kans te groot achtte dat zijn studio’s zouden worden ontdekt die als dekmantel dienden voor De Algemene Vrij Illegale Drukkerij (DAVID), had hij zichzelf ziek gemeld. Ook vreesde hij voor een publicatieverbod na de oorlog als hij voor de Telegraaf bleef werken.
De gedaanteveranderingen die de twee striphelden door de jaren heen doormaakten, is ook in beeld gebracht. Aanvankelijk zag Tom Poes er uit als een klein wollig poesje dat veel gelijkenis vertoont met Miezelientje, een creatie van Toonders echtgenote Phiny Dick. Op het informatiebord over zijn eigen metamorfose zegt Tom Poes: ‘Ik ben door verschillende tekenaars 75 jaar lang getekend. Ik ben in die tijd wel veranderd! Maar wie ben ik nu echt?’
Een aantal afdrukken op A3-formaat zijn illustratief voor de humor in Toonders werken. De trouwe bediende Joost is met een plumeau in de weer als hij zijn werkgever hoort thuiskomen. ‘Ach’, zegt hij, ‘het was rustig zonder hem, maar toch ben ik blij dat hij er weer is. Nu krijgt het stof afnemen weer een diepere betekenis.’ Op een andere afdruk bevinden Heer Bommel en Tom Poes zich samen met kapitein Wal Rus op het goede schip de Albatros, op de achtergrond een woeste zee. Heer Bommel hangt in deerniswekkende toestand over de reling. Onderschrift: ‘De herinnering aan hutspot was te veel voor heer Ollie, en hij boog zich verder over de verschansing om uitdrukking te geven aan zijn gevoelens.’
‘Bommelaria’ waaronder een heuse Bommel-jas, een Bommel-schort en zelfs de Oude Schicht zoals in de vijftiger jaren was te zien in het Oisterwijkse miniatuur-Rommeldam, maken ook deel uit van deze tentoonstelling.
Uiteraard ontbreken ook vele voorbeelden niet van de strips die Marten Toonder maakte. Daarbij passeren niet alleen Tom Poes en Heer Bommel de revue, maar ook Panda, Kappie en Koning Hollewijn.
Kennismaken met de film Als je begrijpt wat ik bedoel is ook nog mogelijk. Toonder is zelf nooit enthousiast geweest over de verfilming van het tekststripverhaal De Zwelbast. Zijn oordeel: ‘Te veel een slapstick’. Mijn oordeel: ‘Toonders fijnzinnige ironie ontbreekt en de stem van Heer Bommel irriteert mateloos.’ Wat mij betreft geen aanrader, die film, in tegenstelling tot de expositie in het Nederlands Drukkerij Museum over die beer die altijd weer in zeven sloten tegelijk loopt en Tom Poes die hem daar altijd weer uit weet te redden.
Klik hier voor meer informatie over het Nederlands Drukkerij Museum.
Foto’s, inclusief kopfoto: © Lieneke Koornstra