Nog één keer laat ze zich zien – BFW

Herfstachtig weer was aangekondigd, met regen, harde wind en kou. Snijdend koud is de wind zeker als enkele vliegtuigspotters zich aan de kop van de Kaagbaan verzamelen om de PH-BFW, een Boeing 747-400 die KLM ruim twintig jaar lang haar trouwe diensten bewees, voor de laatste keer te zien opstijgen vanaf Schiphol. Het is nog aardedonker en ook als de machine eenmaal het luchtruim kiest zal het niet veel lichter zijn.
Een groepje van drie personen staat kleumend bij elkaar. Aan hun voeten een hoeveelheid zwerfafval die onmogelijk door hen kan zijn neergesmeten getuige vuiligheid als lege blikken die, aan de etiketten te zien, ooit gevuld waren met zaken als noedels en soep.
‘Vandaag is het precies 58 jaar geleden dat er een Elfstedentocht werd gereden’, zegt een in dubbel opzicht goed gemutste man.
‘Die staat bekend als de barre tocht, zo koud is het nu gelukkig niet’, reageert de enige vrouw die de ‘Shanghai’ komt uitzwaaien. Ze pakt haar smartphone uit haar jaszak, kijkt op het schermpje. ‘Ik krijg het bericht door dat de ‘Whisky’ drie kwartier is vertraagd’, zegt ze. ‘Er moet nog een loadsheet hardcopy naar het toestel worden gebracht.’
‘Haha’, lacht de goedgemutste man, ‘daar staat zeker enkel een pot koffie op?’
‘Het is wel beter voor de foto’s’, zegt de andere man in het groepje, de bontkraag van zijn vliegerjack omhoog zettend.
‘Kijk aan, daar hebben we de politie’, constateert de mutsenman. ‘Die gaat vast even zakendoen met die foutparkeerders daar.’ Hij wijst naar de in- en uitritten die nog altijd herinneren aan de plek waar zich ooit een parkeerplaats bevond met hefbomen ervoor. De borden dat je niet op die in- en uitritten mag parkeren zijn ze gemakshalve vergeten te verwijderen.
Een agent stapt uit. De wind voert zijn stem mee richting het groepje van drie.
‘Het is verboden hier te parkeren. U kunt uw auto hier nu weghalen of het wordt bekeuren.’
Een van de chauffeurs protesteert, maar uiteindelijk haalt ook hij zijn busje liever weg dan op de bon te worden geslingerd.
‘Oom agent is natuurlijk helemaal niet gevoelig voor verhalen van een man met een KLM-blauw hart’, lacht het vliegerjack.
De goedgemutste man vestigt de aandacht op het omgeploegde stuk land voor hen. ‘Daar komt vast één of ander groot gebouw en dan is het ook weer gedaan met deze spottersplek. Het wordt ons steeds moeilijker gemaakt.’
‘Ik denk dat ik niet de enige ben die minder vaak naar Schiphol zal komen nu het zo goed als over en uit is met iconische vliegtuigtypes’, zegt de vrouw. Ze zwaait naar de buschauffeur die kort daarvoor de iets verderop gelegen bushalte voorbij scheurde.
‘Ik zag laatst op Facebook een post voorbijkomen van Jet Midwest’, vertelt het vliegerjack. ‘Daar stond iets op over de komst van een aantal recent aangekomen machines die in de rij staan om te worden ontmanteld. Erbij een foto met een ex-KLM-747-400. Jet Midwest zit in Kansas. Daar is de BFT naartoe gegaan.’
‘Ai’, reageert de mutsenman. ‘Ik kan me niet voorstellen dat ze die kist gaan slopen.’
‘Ik ook niet’, zegt de vrouw. Ze slaat enkele keren met haar handen tegen haar bovenarmen en trappelt met haar voeten in een poging zichzelf warm te houden. ‘Ik zag die foto ook en ze staat er met haar motoren er nog onder. Die zouden er allang af zijn als ze voor de sloop bestemd is.’
‘Voor zover ik weet is ze in Kansas voor een D-check’, aldus de muts. ‘Er wordt nogal geheimzinnig over gedaan wie de nieuwe eigenaar is. Ik denk dat zowel de BFT als de BFW als de BFV door Longtail Aviation zijn gekocht. De ex-PH-MPQ vliegt intussen ook voor die toko.’ Hij kijkt op het schermpje van zijn smartphone. ‘De transponder van de Whisky staat aan, ze gaat zo vertrekken.’
Camera’s worden in gereedheid gebracht. Luttele minuten later duikt de Jumbo op van achter een grote berg zand. Snel klimt ze om hoog, zonder passagiers en vracht aan boord en met maar heel weinig kerosine in haar tanks. Naar Tel Aviv is het niet lang vliegen en het gewicht van de twee vliegers en de pot koffie mag voor haar geen naam hebben. Algauw duikt ze de laaghangende bewolking in.
‘Veel treuriger kan het afscheid niet zijn’, verzucht het vliegerjack. ‘We stonden op de verkeerde plek. Totaal niet aan gedacht dat ze zo snel los zou zijn.’
Nog één keer laat ze zich zien, als toegift.
‘En toen was er nog één’, zegt de muts op spijtige toon.
‘In maart is die aan de beurt om haar thuishaven voorgoed te verlaten’, aldus de vrouw. ‘Zo heeft de 747, waarin passagiers naar alle uithoeken zijn gevlogen, bij KLM toch nog de vijftig jaar gehaald. Ik denk niet dat er nog ooit een vliegtuigtype zal zijn dat dit record verbreekt.’
‘Daarom is het extra sneu dat er uitgerekend voor dit type geen feestelijk afscheid is’, meent het vliegerjack. Hij zet er de pas in, op weg naar zijn auto.
‘Anders zouden er in mei afscheidsvluchten zijn geweest, met de Yankee die nu staat weg te kwijnen op Mojave’, zegt de achter hem aan lopende vrouw. ‘Ik hoorde onlangs nog dat er vliegers en technici zijn geweest die geprobeerd hebben haar te laten meedraaien in die covid-luchtbrug. Zij is immers geleverd als Combi, dus met vrachtluik. In een week tijd zou ze zijn teruggeconverteerd. Maar nee, de hoge heren wilden er niet van weten, ze moest en zou weg.’ Met een enigszins venijnig klinkende stem vervolgt ze: ‘En dat terwijl ze de jongste was en nog niet zo lang geleden een D-check had gehad.’
‘Vanwege een groen imago moest de 74 er overhaast uit’, stelt het vliegerjack. ‘Groen is het bepaald niet geweest om haar als schroot van de hand te doen. Pure kapitaalvernietiging.’
‘Wat zeg je dan van al die A380’s die worden afgedankt?’, vraagt de muts.
‘Houd maar op’, antwoordt het vliegerjack. ‘Wie had dit allemaal een jaar geleden kunnen bedenken met die shit-covid?’
‘Toen was geluk nog heel gewoon’, meent de vrouw, de hand op stekend naar een groepje mannen dat nog wat na staat te praten in de omgeving van de bushalte waar nooit een bus stopt.
‘Maar ook vandaag beleven we nog een geluksmomentje’, reageert de alweer goedlachse muts. ‘Er wordt een 74 versleept van Royal Air Maroc.’
‘Die had RAM toch allang uitgefaseerd?’, vraagt de vrouw.
‘Die machine doet nu dienst als werkpaard voor het Marokkaanse gouvernement en is hier voor een A-check en een motorwissel’, weet de muts.
Het drietal zet het op een lopen. Om snel in hun auto’s te springen en op Oost nog gauw een glimp van dit inmiddels luxe werkpaard te kunnen opvangen.
Foto’s: (inclusief kopfoto) © Rego Meijer
Deel dit artikel: